De praktijk leert dat onderwijsmensen na verlies van hun baan vaak weer een nieuwe baan in de onderwijssector vinden. De mogelijkheden buiten de onderwijssector moeten echter niet worden onderschat. Op de arbeidsmarkt is er zeker vraag naar de competenties van onderwijsmensen en dossieronderzoek heeft laten zien dat veel onderwijsmensen daadwerkelijk buiten de sector werk hebben gevonden (Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, 2002). Gewilde competenties zijn bijvoorbeeld: kunnen omgaan met (jonge) mensen, kunnen organiseren en plannen, zelfstandig kunnen werken, kunnen uitleggen en voorlichten, trainingen geven. We zien ex-onderwijsmensen in vele sectoren: ICT, publieke sector, training, voorlichting en toerisme, consultancy en journalistiek.
Een voorbeeld:
Een docent aardrijkskunde en maatschappijleer, 40+ raakt boventallig op een kleine regionale VO- school en wordt gedwongen ander werk te zoeken. In de regio waar hij woont zijn weinig alternatieven in het voortgezet onderwijs te vinden. Een re-integratietraject moet uitkomst bieden, maar de docent wordt dusdanig gegrepen door het werk van de re-integratiecoach zelf, dat hij zich in korte tijd weet om te scholen en zelf aan de slag gaat als re-integratiecoach. Hij richt zich vooral op klanten uit de onderwijssector, want daar is hij goed in thuis. Hij heeft zich nu als zelfstandig re-integratiecoach gevestigd en de zaken lopen goed. Zelf zegt hij; “Op school was ik ook geïnteresseerd in het coachen van collega’s, maar daar lag formeel geen werk voor mij. Belangrijke competenties in mijn werkveld zijn mensenkennis, mensen op weg willen helpen, empoweren, goed kunnen luisteren, netwerken en zelfstandig kunnen werken. Allemaal competenties die ook in het voortgezet onderwijs van belang zijn. Hoewel het in eerste instantie een rare sprong leek, vind ik achteraf gezien deze carrièreswitch een heel logische!”